Pesten signaleren
Om pesten op te lossen, is het belangrijk dat pesten gesignaleerd wordt. Alleen als we weten dat er gepest wordt, kunnen we er iets aan doen. Maar wanneer weet je dat er gepest wordt? Het is niet altijd gemakkelijk om pesten te signaleren en dat komt omdat:
- Pesten een complex groepsproces is, waarbij leerlingen meerdere rollen kunnen spelen. Pesters worden ondersteund door meelopers, versterkers en assistenten. Slachtoffers worden soms verdedigd door klasgenoten, maar er zijn ook buitenstaanders die weten dat er gepest wordt, maar niet ingrijpen. Iedereen heeft een rol in het groepsproces, maar deze rol kan wisselen.
- Er zijn vaak strategische pesters: deze kinderen pesten om hun status te verhogen. Ze kiezen het pestmoment uit, zodat ze niet betrapt worden door leerkrachten, maar zodat bijvoorbeeld andere klasgenoten het wel opmerken.
- Er zijn veel vormen van pesten: sommige vormen zijn gemakkelijk te signaleren, zoals fysiek (schoppen, slaan), materieel (spullen afpakken) en verbaal (uitschelden, beledigen) pesten. Andere vormen zijn veel lastiger te signaleren. Voorbeelden zijn relationeel (roddelen, buitensluiten) en digitaal (online op internet of via de mobiele telefoon) pesten. Bij verborgen vormen van pesten is het lastig om erachter te komen wie de pester is.
Signalen
Er zijn veel signalen die erop kunnen duiden dat een kind wordt gepest. Vaak gaat het om een verandering van het gedrag van het kind. Als leerkracht doe je er goed aan om erover te praten met de leerling en uit te zoeken wat er op school veranderd is. Je kan ook de de ouders betrekken. Zij kunnen vertellen of hun kind zich thuis ook anders gedraagt.
Om pesten in de klas goed in beeld te brengen, is er de KiVa-monitor: leerlingen vullen vragenlijsten in met vragen over pesten, hun welbevinden, de mate waarin ze school leuk vinden, etc. Deze uitkomst van deze vragenlijsten biedt de leerkracht antwoorden op vragen als: hoe is de sfeer binnen mijn klas, wordt er gepest ...